Als gebruikersorganisatie stellen we ons steeds de vraag hoe het gaat met onze gebruikers. We waren dan ook blij samen te kunnen werken aan een bevraging met onderzoeksbureau Indiville en de Gezinsbond naar ´Hoe gezinnen omgaan met het coronavirus`.
In totaal hebben 3592 ouders en grootouders de vragenlijst ingevuld. Daarvan waren er 288, die aangaven 1 of meerdere kinderen met een extra zorgbehoefte te hebben.
Wie vulde de vragenlijst in?
Geslacht |
|
|
Leeftijd |
|
|
Beroep | De meesten zijn bediende (32%) of niet (bezoldigd) beroepsactief (40%) |
Welke handicap hebben de (klein)kinderen?
N.B. De categorie ´anders` bevat een combinatie van meerdere handicaps of niet genoemde handicap.
Voor de coronacrisis
Meer dan 50% van de kinderen verblijft normaal gezien thuis, 11% verblijft in een voorziening en 30% woont zelfstandig.
77% maakt normaal gezien gebruik van ambulante, mobiele ondersteuning of dagopvang.
Tijdens de coronacrisis
Wanneer de zoon/dochter voltijds in een voorziening verblijft tijdens de crisis, hebben de meesten contact via telefoon of Skype. Het contact met grootouders verloopt grotendeels via telefoon en sociale media. 65% van hen vindt sociale media een echte meerwaarde.
Hulp of ondersteuning
Van de ouders die hun kind thuis opvangen, geeft 67% aan geen hulp te hebben om de zorg te delen, bijvoorbeeld van thuisbegeleiding of vrijwilligers. Degenen die wel hulp ontvangen, krijgen dit van thuisbegeleiding, PAB-begeleiders, Familiehulp, vrijwilligers, vanuit de voorziening, via school of via een hulplijn die men kan bellen.
Op de vraag of ze wel hulp zouden willen, zeggen sommige ouders dat ze dat niet nodig hebben, omdat ze het zelf aan kunnen. Andere ouders kiezen er zelf voor geen hulp te vragen, aangezien het niet evident is om een vreemde binnen hun ´bubbel` te halen. Wanneer ouders wel hulp zouden willen, kiezen ze voor hulp bij schoolwerk, opvang om zelf op adem te kunnen komen, psychologische en emotionele ondersteuning, hulp vanuit de voorziening, huishoudelijke hulp en financiële hulp. Opvallend is ook, dat er reikhalzend uit wordt gekeken naar de herstart van logopedie en kiné. Ouders zien met lede ogen aan dat de ontwikkeling van hun kind stilstaat of zelfs achteruitgaat.
Gelukkig worden de maatregelen versoepeld en zal begeleiding en opvang weer mogelijk zijn binnenkort. Klik hier voor meer nieuws rond begeleiding en opvang.
Invloed van de crisis
De overheersende emoties zijn ongerustheid (71%), gevolgd door liefde (50%) en angst (42%). 39% laat weten, dat de combinatie van werk en gezin moeilijk is. De invloed van de crisis wordt voornamelijk gevoeld op het gebied van de combinatie werk/zorg/school.
De normale structuur is weggevallen, waardoor er een balans gevonden moet worden om de kinderen te helpen bij hun schoolwerk, het werk gedaan te krijgen en daarnaast de rust in huis te handhaven. Dat veroorzaakt een psychische en emotionele belasting.
De vrije tijd vormt ook een grote uitdaging en de verveling slaat daar toe. Er is een groot gemis aan activiteiten die de kinderen normaal gezien zoveel structuur bieden en de behoefte aan sociaal contact vervullen. Gevoelens van stress, onzekerheid en gemis komen naar boven.
Ouders zijn heel bezorgd over de ontwikkeling van hun kind. Ze zien dat deze bij hun kind stilstaat of zelfs achteruitgaat en ze zijn bang dat deze achterstand moeilijk in te halen zal zijn als de scholen weer beginnen en opvang of begeleiding weer mogelijk is.
Opvallend is ook, dat ouders die ervoor gekozen hebben hun kind volledig naar de voorziening te laten gaan, zeggen dat ze het moeilijk vinden om alles opeens uit handen te geven. Het is de voorziening die de beslissingen neemt, met weinig tot geen inspraak van de ouders.
Daar tegenover staan ouders die weer opnieuw moesten leren om hun volwassen zoon/dochter volledig thuis te hebben.
Wat kost de crisis?
Ouders hebben heel wat dingen moeten opgeven, om de juiste zorg te kunnen bieden. Op het gebied van werk kiezen een aantal voor flexibele werktijden, waardoor ze nu op de vreemdste tijden werken. Anderen nemen verlof of zorgverlof op om het draaglijk te houden. Weer anderen zijn minder gaan werken of zijn zelfs volledig gestopt.
Hierbij wel de opmerking dat sommigen technisch werkloos zijn geraakt vanwege de crisis. Wat opvalt, is dat er ouders zijn die al ver voordat er sprake was van een crisis hun werk hebben opgegeven of anders ingedeeld. Dit is een signaal dat Stan vaker hoort: ouders van kinderen met een zorgbehoefte staan voor keuzes, die nu opeens als uitzonderlijk worden gezien, terwijl het voor hen onderdeel is van het dagelijks leven.
Lees hier de resultaten van de Gezinsbond.