Algemeen - 1 oktober 2024 om 11:10 - door Nica Broucke - 0 reacties

Vrijwilligers in de kijker: Ignaas Pecceu en Mieke Quaghebeur

STAN steunt op een sterke groep vrijwilligers die zich met hart en ziel inzetten voor de lokale groepen. Ignaas (‘Naas’ voor de vrienden) en Mieke zijn al meer dan 40 jaar actief voor STAN Westhoek, een van de oudste en met bijna 140 leden ook grootste lokale groep.

‘Wij realiseren heel wat, maar dat is nog geen duizendste van wat een ouder met een kind met een beperking moet opbrengen’

De zomer mag dan al een rustige periode zijn qua activiteiten, stilzitten is niet besteed aan het echtpaar Pecceu-Quaghebeur. Ignaas, in een vorig leven directeur van het college van Veurne en Mieke, voormalig psycholoog bij het PMS, hebben net een zeilbootreisje achter de rug, wanneer we hen in Koksijde contacteren voor dit dubbelinterview. Daags na het gesprek, zal Naas naar ‘het secretariaat’ in Brussel’, sporen. Hij neemt immers ook de boekhouding van deze vzw voor zijn rekening en wil onze nieuwe administratieve kracht, Pauline Vanlerberghe, wegwijs maken in de financiën van ‘STAN Brussel’.

Hoe zijn jullie bij STAN terechtgekomen?
Mieke: "We zijn er al heel vroeg bij betrokken. In 1980 kwam ik in het bestuur van wat toen nog de NVHVG was. Samen met enkele ouders startten we ouderpraatgroepen en vroegtijdige thuisbegeleiding. In 1984 werkten we mee aan het opstarten van een speel-o-theek, Pimpaljoentje, omdat we merkten dat er geen aangepast speelgoed was voor kinderen met een beperking. In 1985 hielpen we bij de oprichting van de thuisbegeleidingsdienst Start West-Vlaanderen, waar we beiden actief waren. In 1997 volgde ik Paule Cottigny op als voorzitter van STAN Westhoek en dat ben ik nu nog steeds.”
Ignaas: “Mieke was altijd de eerste om zich ergens te engageren. Naarmate dan een nood ontstond, ben ik ingesprongen. Mieke was medestichter van Start-West-Vlaanderen. Ik heb al vlug ingehaakt als penningmeester en werd later voorzitter.
In 2012 zocht Bernadette Rutjes bestuursleden voor Brussel en ook een boekhouder. De boekhouder, Jaak Zwaan, werd 70 en wou de fakkel doorgeven. Met mijn zee aan vrije tijd zag ik dat boekhouden wel zitten. Ik heb nooit een opleiding gehad als boekhouder, maar doorheen verschillende functies ben ik er al doende volledig in gegroeid. Ondertussen ben ik zelf de 70 al lang voorbij maar ik blijf het met voldoening doen.”

Wat zijn de belangrijkste activiteiten van jullie groep?
Mieke: "Onze afdeling heeft vele enthousiaste leden en bestuurders. We organiseren diverse activiteiten zoals de lente- en herfstfuif, het kerstfeest, de kaas- en wijnavond en de barbecue. Daarnaast zijn er dansnamiddagen, wandelzoektochten, een boottocht op de Ijzer en uitstappen naar bijvoorbeeld de Efteling en nu naar Plopsaland. Ook richten wij jaarlijks een informatieavond in of een bezoek aan een voorziening."

03 DSC_0286 - shopped

Wat blijft jullie na al die jaren motiveren?
Ignaas: "Voor mij is het inclusieprincipe belangrijk. Daar wil ik me wel voor inzetten. Mentaal actief blijven is ook een drijfveer. Sudoku’s invullen zijn goed voor de geest, maar boekhouden ook! Boekhouden heeft het comfort dat je op eigen tempo kan werken, op het moment dat je best past. Die vrijheid vind ik heel positief.
Dat ik het zoveel jaar uithoud, is mede te danken aan een uitnemende medewerker op het secretariaat van STAN in Brussel: Ilse Oyen, was al die tijd een zeer toegewijde, correcte en betrouwbare secretaresse. Soms dacht ik dat ze onfeilbaar was… Neen, ze is het niet, maar het scheelt niet veel. Ze was al die jaren een ideale compagnon de route.”

Jullie behoren tot de meest betrokken vrijwilligers van onze vzw, wat drijft jullie? En zouden jullie vrijwilligerswerk aanraden?
Ignaas: “Ik zeg weleens, we doen misschien veel, maar het zijn peanuts in vergelijking met wat van ouders verwacht wordt. Er zijn zoveel redenen om vrijwilliger te zijn. Je presteert iets nuttig voor de maatschappij en het geeft zin aan je leven. Wat wij in dit leven geworden zijn, hebben wij mede te danken aan de maatschappij, dan mag je, als het kan, voor die maatschappij wat terug doen.
Ik herinner me een uitspraak van Bernadette Rutjes toen ze met pensioen ging. Ze zei: ‘Ik ben niet van plan om achter de geraniums te gaan zitten’. Wel, dat was ik ook niet van plan. We willen bezig blijven en dan nog het liefst door iets nuttigs te doen voor andere mensen.”
Mieke: “We zouden zeker en vast vrijwilligerswerk aanraden aan mensen. Het geeft zin aan je leven. En je krijgt er een grote vriendenkring bij.”

05 naas

Wat is de leukste herinnering/het mooiste moment van de afgelopen jaren? Aan welk moment denken jullie met een warme glimlach terug?
Ignaas: "De coronatijd was voor velen niet de leukste tijd. Maar ik heb er één goede herinnering aan. Samenkomen was verboden. Er mocht toen niets georganiseerd worden, ook geen kerstfeest. De kerstcadeautjes dreigden onder de kerstboom te blijven liggen. Dan besloten Mieke en ik met de cadeautjes de Westhoek rond te rijden. Mieke als chauffeur en ik als kerstman verkleed, hebben bij meer dan 100 leden de cadeautjes aan huis overhandigd, de 1,5 meter-afstand in acht nemend. Ik heb nog nooit zoveel aangenaam verraste blikken en hartelijke glimlachen gezien."
Mieke: "Onze 50-jarige viering was ook memorabel. Het was prachtig om te zien hoeveel dynamiek er in onze vereniging zit en hoe graag de mensen erbij zijn."

Wat hebben jullie geleerd van mensen met een verstandelijke handicap?
Mieke: “We kunnen zoveel van hen leren. Ze zijn eenvoudig en oprecht in hun contacten” Ignaas: “Mensen met een beperking zijn niet gehaast, noch willen ze de eerste zijn. Het jachtige leven gaat aan hen wat voorbij. Er gaat van deze mensen een soort rust uit en een grote dankbaarheid.”

Welke vooroordelen moeten de wereld uit?
Mieke: "Er zijn veel vooroordelen, zoals dat mensen met een handicap weinig kunnen. Je moet kijken naar wat ze wél kunnen en beseffen dat ze veel meer kunnen leren dan je denkt. Zo helpen onze leden altijd heel goed mee op onze feestjes."
Ignaas: "Dat raakt weer aan het inclusieprincipe. Inclusie is niet altijd makkelijk, maar je moet het op z'n minst proberen."
Mieke: ”Er is natuurlijk de praktische haalbaarheid.”
Ignaas: “Bij ons op school zaten geen kinderen met een mentale beperking. Ik heb wel veel geleerd van een bijna blinde jongen die het college en later ook hoger onderwijs met succes heeft beëindigd.
Ik herinner me nog dat zijn ouders zich kwamen inschrijven. Aanvankelijk dacht ik dat het misschien voor de eerste graad zou lukken maar verder zag ik alleen problemen. Maar gaandeweg heeft die jongen toch zijn humaniora op tijd en met succes afgewerkt, weliswaar met veel tegemoetkomingen van zijn omgeving. Er zaten een groot scherm en twee camera’s vast aan zijn lessenaar, een voor het bord en een voor zijn blad. Dat betekende dat de hele klasgroep vastzat aan dat ene lokaal en goed uitgeruste vaklokalen leeg bleven.
Dat zijn praktische dingen die kunnen opgelost worden. Met de groep gaan zwemmen, dat zag de turnleraar echt niet zitten. Gelukkig was er toen iemand van Spermalie, een GON-begeleider, die garandeerde dat die jongen zou zwemmen net als zijn klasgenoten. Die jongen is inderdaad zes jaar gewoon met zijn klas gaan zwemmen. Zo kan je grenzen verleggen. Wij zijn er ons niet van bewust hoeveel strategieën mensen met een beperking ontwikkelen, om hun handicap te compenseren. ”

Welke maatregelen zouden inclusie bevorderen?
Ignaas: "Het M-decreet is bron van discussie. Een school is een complexe wereld. Inclusie moet per situatie bekeken worden. Dat er een inspanningsverplichting is, daar sta ik onverdeeld achter. Maar de eindevaluatie is voor alle betrokkenen vaak delicaat.
Wij streven naar inclusie, maar soms is het buitengewoon onderwijs een betere keuze.”

Khalia krijgt een geschenkje van kerstman Naas

Wat zouden jullie nog willen realiseren? Gesteld dat jullie een onbeperkt budget zouden hebben?
Ignaas: “Geld maakt niet gelukkig, hé. We hebben momenteel in onze afdeling geen middelen te kort. Alles wat we organiseren, kunnen we betalen met hetgeen we krijgen. We hebben ook niet de ambitie om verre reizen naar exotische plaatsen te plannen. Wij verkiezen regelmatige kleine initiatieven boven dure excursies. Maar misschien dat Mieke daar anders over denkt?”
Mieke: “Of we dromen van een vaste, eigen plek voor onze gasten? Wel, we zijn blij met de lokalen die we van de gemeente mogen gebruiken. Dat volstaat. Wat excursies betreft zijn we ooit eens een keer naar Disneyland gegaan met de hele groep en dat was wel heel leuk, maar Parijs is ver, onze mensen worden natuurlijk ook ouder en zijn minder mobiel. Toch zou ik het tof vinden om nog eens met de groep naar Disneyland te gaan.”
“We hebben een hele bloeiende afdeling, maar ik zou wel willen dat we jonge, nieuwe bestuursleden vinden. We worden allemaal wat ouder, hé. We zijn heel dankbaar met onze huidige bestuursleden, die zich elk op hun eigen manier hard inzetten. We hebben een heel goede secretaresse, Ingeborg Dedreye die bijgestaan wordt door haar echtgenoot Christian Vanloocke. Hij verzorgt heel deskundig de website en onze tijdschriftjes.
We hopen dat onze activiteiten kunnen blijven doorgaan en dat we jonge bestuursleden vinden om ons later op te volgen. “

Stel dat je deel uitmaakt van het beleid. Welke maatregel zou jij dan onmiddellijk invoeren?
"We zouden willen dat mensen hun budget sneller krijgen en dat de wachtlijsten worden weggewerkt. Het is onmenselijk dat mensen soms jaren moeten wachten op hun budget."

Tot slot: welke boodschap zou je willen geven aan de leden van STAN?
“Blijf lid van STAN, samen kunnen wij voor elkeen iets moois maken.”

En wat hoop je voor de toekomst van STAN? Wat verwacht je van STAN ‘Brussel’?
“We hebben een goede samenwerking met Brussel, maar we zitten wel ver… Het zou fijn zijn mochten er vanuit STAN Brussel meer dingen voor ons georganiseerd worden. Zaken zoals de Familiedag in De Haan bijvoorbeeld, dat was leuk. Dergelijke bijeenkomsten zorgen voor verbinding tussen de afdelingen."

Nica Broucke

Voor meer informatie, bekijk de website.

Kort overzicht van de geschiedenis van STAN-Westhoek

60 jaar geleden was er in de Westhoek weinig aanbod voor personen met een handicap. Ouders van jongvolwassenen richtten in 1967 onder de NVHVG een lokale afdeling op.
Voorzieningen: De eerste zorg was voorzieningen te creëren voor volwassenen met een handicap. Dit leidde tot de oprichting van de beschutte werkplaats ‘Interwest’, die nu 400 mensen tewerkstelt, en later het gezinsvervangend tehuis Havenzate. Ook ontstond het tehuis Duin en Polder in Diksmuide.
Vroegbegeleiding: Vanaf 1980 richtte de focus zich op gezinnen met jonge kinderen. Initiatieven zoals ouderpraatgroepen en vroegtijdige thuisbegeleiding werden opgestart, wat leidde tot de oprichting van Start West-Vlaanderen, nu een onafhankelijke dienst met 30 personeelsleden.
Spelotheek Pimpaljoentje: In 1984 werd een spelotheek opgericht om aangepast speelgoed toegankelijker te maken. In 2004 werd deze spelotheek opengesteld voor alle kinderen.
Huidige situatie: De vereniging, met 137 leden, richt zich vooral op volwassenen. De organisatie verloopt soepel, met een actief bestuur en goede financiële steun. Het aantrekken van jonge leden blijft echter een uitdaging.

 

Reacties

Plaats een reactie

Uw e-mail adres wordt niet gepubliceerd